Beknopte samenvatting
- Tenminste 9.995 van de 10.000 mensen jonger dan 70 overleeft coronabesmetting. Als ook mensen ouder dan 70 meegerekend worden, overleeft tenminste 9.973 van de 10.000.
- Het werkelijke risico is vele malen kleiner dan het waargenomen risico.
- Zijn de coronamaatregelen proportioneel? Zijn de kosten en risico’s van de maatregelen niet erger dan die van het virus?
- Uitgelezen kans om veilig en relatief snel groepsimmuniteit op te bouwen onder jonge gezonde populatie terwijl kwetsbare populatie beschermd wordt. Naarmate groepsimmuniteit toeneemt wordt kwetsbare populatie uitstekend beschermd in het griepseizoen.
Uitgebreide bespreking
Jay Bhattacharya1 (Stanford University) kijkt naar het Infection Fatality Rate (IFR): de gemiddelde sterfkans bij corona besmetting. Berekening: aantal sterfgevallen gedeeld door totaal aantal besmettingen. Het laatste is vrij lastig te bepalen omdat het overgrote deel van de besmettingen geen of slechts milde symptomen heeft.
Bloedonderzoek is een aardig hulpmiddel om beter inzicht te krijgen in het aantal mensen dat besmet geweest is. Hierbij zoekt men naar antilichamen die het immuunsysteem soms aanmaakt na een infectie.
Dit ONDERSCHAT het totaal aantal besmettingen, omdat in veel gevallen T-cellen het werk prima aankunnen en geen antilichamen aangemaakt worden. Verder is het zo dat als je te vroeg of te laat meet, de antilichamen nog niet respectievelijk niet meer detecteerbaar zijn.
Bhattacharya heeft de cijfers uit bijna 50 wetenschappelijke publicaties bestudeerd en komt tot de conclusie dat de gemiddelde2 sterfkans onder alle leeftijden 0,27% is.
Voor mensen jonger dan 70, is de sterfkans slechts 0,05%. Van de 10.000 mensen overleeft dus 9.995 een corona besmetting. Anders gezegd: de overlevingskans is 99,95%.
Nogmaals: de WERKELIJKE sterfkans ligt veel lager, omdat veel mensen geen antilichamen aanmaken of de meting niet tijdig verricht wordt.
Uit deze cijfers blijkt overduidelijk dat het WAARGENOMEN risico vele malen hoger is dan het WERKELIJKE risico. Daarmee volgt de vraag: Zijn de huidige maatregelen proportioneel? Zijn de kosten en risico’s van de maatregelen niet erger dan die van het virus?
Vooral oude en zieke mensen lopen risico. Het enorme risico-onderscheid i.c.m. het relatief geringe gevaar van het virus biedt een uitstekende kans om groepsimmuniteit op te bouwen bij jonge gezonde mensen middels een beheersbare dosis virus. In de tussentijd worden de kwetsbaren heel goed beschermd (mits zij dat willen). Na een korte periode zijn de jonge gezonde mensen immuun en vormen zij in het griepseizoen een uitstekende barrière om de kwetsbaren te beschermen.
NB: de sterfkans kan nog veel verder omlaag. Lagere dosis virus = minder ernstige ziekte. Betere immuunsysteem en gezondheid = minder ernstige ziekte. Beter behandelprotocol/medicijnen = minder ernstige ziekte.
Iedereen kan maatregelen treffen om de dosis binnen de perken te houden en gezondheid te optimaliseren, en daarmee zichzelf te beschermen. Dat kan middels o.a. basismaatregelen, ventilatie, vitamine D, leefstijl en dieet.
De cijfers die hierboven besproken worden gaan over wat de sterfkans was. We hebben allerlei mogelijkheden die weinig kosten maar heel veel opleveren, om te zorgen dat de sterfkans in de toekomst veel lager zal liggen.
P.S.
Bovenstaande video is een segment uit een langere presentatie van 47 minuten. Daarin vertelt hij o.a. dat uit alle landen waar seroprevalentie onderzoek (onderzoek naar antistoffen in bloed) is, je tot twee conclusie komt: veel meer mensen zijn besmet geweest dan je zou verwacht en daarmee is het virus ook veel minder dodelijk dan gedacht.
Op de vraag of het mogelijk is om het virus helemaal te onderdrukken, antwoordt Bhattacharya ‘nee’. Het heeft 30 jaar gekost om pokken helemaal uit te roeien en er was een heel effectief vaccin voor nodig. Met corona is het ook niet de moeite waard, omdat het virus niet zo ongelooflijk gevaarlijk is. Daardoor zijn de kosten die gepaard gaan met uitroeien vele malen hoger dan de kosten om groepsimmuniteit op te bouwen middels een beheersbare dosis onder jonge gezonde mensen.
Het beleid tot de absolute essentie teruggebracht is als volgt: “Zorg dat je kwetsbaren, in het bijzonder bewoners van verpleeghuizen, uitstekend beschermt.” (Merk op dat dit aansluit bij het mantra: ‘Breng corona niet naar oma.’)
Zelfs met een vaccin dat 50% effectief is zal het niet lukken om het virus te onderdrukken. Het is gegarandeerd dat er hier en daar weer besmettingen opduiken en dan zit je weer in een strikte lockdown. Als het ebola betreft valt dit nog te rechtvaardigen omdat dat virus zo ongelooflijk gevaarlijk is, maar we praten hier over een virus dat volgens viroloog Hendrik Streeck ongeveer 2 tot 4 maal zo gevaarlijk is als de griep.
Bhattacharya houdt het voor mogelijk dat de epidemie in Zweden inmiddels voorbij is. Het is me niet duidelijk of hij daarmee bedoelt dat het voorgoed weg is vanwege groepsimmuniteit of dat het weg is tot het komende griepseizoen, is me niet duidelijk.
Bhattacharya is heel kritisch op de reactie van de wereld op deze pandemie. Haast de hele wereld is in lockdown gegaan op basis van haast geen enkel bewijs. De beslissingen zijn voor een belangrijk deel gebaseerd op modellen die een apocalyptisch scenario voorspelden en waar later niks van waar bleek. (Dit is inmiddels al de zoveelste keer dat de modellen het aantal sterfgevallen met tenminste een factor 10 overschatten.)
Hij vraagt zich hardop af waarom er niet wereldwijd bloedonderzoek gedaan wordt. Dit is niet moeilijk, niet duur en geen nieuw idee. Op basis van zo’n onderzoek krijg je een behoorlijk idee hoeveel mensen inmiddels besmet geraakt en immuun zijn. Met deze gegevens kun je vervolgens betere beslissingen maken. (FP: Je zou haast denken dat er opzet in het spel is, dat men het antwoord niet wil weten.)
Corona is twee tot drie maal zo dodelijk als de dodelijke influenza epidemie in de laatste 50 jaar. (FP: Eerder heb ik corona vergeleken met de influenza epidemie van 1957-58. Daaruit blijkt dat corona ongeveer even dodelijk was als toen. In 1968 is er nog een zware griepepidemie geweest. Beide vallen dus niet onder de laatste 50 jaar hij Bhattacharya noemt.)
Voetnoten
[1] Jay Bhattacharya, MD, PhD, is a professor of medicine at Stanford University’s Center for Primary Care and Outcomes Research, director of Stanford’s Center on the Demography and Economics of Health and Aging, and a senior fellow at the Stanford Institute for Economic Policy Research and the Freeman Spogli Institute for International Studies. He also serves as a research associate at Acumen LLC and the National Bureau of Economic Research.
His research focuses on the constraints that vulnerable populations face in making decisions that affect their health status, as well as the effects of government policies and programs designed to benefit vulnerable populations. He has published empirical economics and health services research on the elderly, adolescents, HIV/AIDS and managed care. Most recently, he researched the regulation of the viatical-settlements market (a secondary life-insurance market that often targets HIV patients) and summer/winter differences in nutritional outcomes for low-income American families. He is also working on a project examining labor-market conditions that determine why some U.S. employers do not provide health insurance.
Bhattacharya was previously an economist at the RAND Corporation, and taught health economics as a visiting assistant professor at the University of California, Los Angeles. He earned a bachelor’s degree, MD and PhD from Stanford University.
[2] Beter: mediaan. Het gemiddelde is niet hetzelfde als de mediaan. Ik heb de juiste term niet gebruikt omdat de meeste mensen niet weten wat ‘mediaan’ betekent. Ik heb er bewust voor gekozen om een begrijpelijke term te gebruiken (ook al klopt het niet helemaal), dan om de juiste term te gebruiken die de meesten niet zullen begrijpen.